Op deze kaart van A.A. Weijnen (1966) kan je bekijken in welke gebieden [sk] aan het begin van een woord wordt uitgesproken in de Nederlandse dialecten. De kans dat die uitspraak in alle gebieden die op de kaart zijn aangeduid onafhankelijk van de andere ontstond, is heel klein. Vroeger werd er waarschijnlijk overal [sk] gezegd. De [sch]-klank ontstond pas later, maar heeft goed standgehouden door de invloed van het onderwijs. Nochtans zijn er een aantal argumenten die erop wijzen dat de [sch]-klank onnatuurlijk is. De klank is immers laagfrequent in de talen van de wereld. Bovendien leren kinderen de klank pas heel laat realiseren. Ook de dialectologie levert bewijs voor de onnatuurlijkheid: het Frans-Vlaams kent bijvoorbeeld enkel de klank [sj] die wel frequent is in de talen van de wereld. Dat alles laat ons vermoeden dat de sch aan het begin van een Nederlands woord oudere klanken heeft verdrongen. De frequentste klank in ons taalgebied was waarschijnlijk [sk]: het kaartbeeld wijst op een verloren gegane eenheid.
Melissa Farasyn