“Begeleider bij Joker”
Lees de tekst terwijl je luistert
Hij is uh begeleider bij Joker hè. Bij die reisorganisatie. en dan moet de elk jaar opgeven verschillende landen waar dat de naartoe zou willen gaan en dan kiezen zij een bestemming uit. En we hadden dat dus eigenlijk wel samen gekozen van ja omdat dat dan allemaal potentiële reisbestemmingen waren ook voor mij. En ’t was dus Marokko. Maar dan had ‘k ik gezegd van ja maar ’t moet in juli zijn want ik weet nooit of dat ‘k er dan door ben of niet. (Ja) Zeker met die IAJ. Dus zijn we dan vijftien juli zeker vertrokken dan ben ‘k xxx… ik ben pas van zaterdagavond terug. Dus een drie weken ongeveer. En dan vrijdagavond is dan de groep van Joker toegekomen. Dus daar is ’t ij nu mee aan ’t rondtrekken. (Ja) Nu ook. (Ja. Da’s tof) Ja. En dan gaat hij nog een paar dagen alleen zitten. (Ah ja) En dan komt hij naar huis. dus da’s eind augustus. (Transcriptie: Lybaert, C. (2014) Het gesproken Nederlands in Vlaanderen. Percepties en attitudes van een spraakmakende generatie)
Tussentaal is de benaming voor de algemene, informele omgangstaal in Vlaanderen. Deze vorm van taalgebruik wijkt af van het ‘Algemeen Nederlands’ omdat hij ook niet-standaardtalige elementen bevat (ge, boekske,…), maar is ook geen dialect omdat echte dialectwoorden en dialectklanken (errebees, zieëre,…) achterwege blijven. Het is een informele taalvorm die zich tussen de dialecten/regiolecten en de standaardtaal situeert.
In deze opname hoor je een jonge vrouw uit Oost-Vlaanderen. Ze vertelt op een informele manier over haar reis naar Marokko en haar vriend die reisbegeleider is. Bij zo’n informeel gesprek is het in Vlaanderen heel gewoon om tussentaal te gebruiken. In het taalgebruik van deze vrouw merk je dan ook duidelijk een aantal tussentalige kenmerken: het gebruik van andere voornaamwoorden (hier ‘de’: moe-de), subjectsverdubbeling (‘k ik), het overbodig invoegen van dat (of dat), het weglaten van de eind-t (da’s) ‘zeggen van‘ i.p.v. ‘zeggen‘,…