Over het Woordenboek der Nederlandse Taal
Geschiedenis en opzet
Het Woordenboek der Nederlandsche Taal is het grootste woordenboek ter wereld. Het is een historisch woordenboek van het Nederlands van 1500-1976, gepubliceerd in verschillende afleveringen. Samen zijn het veertig dikke boeken geworden met daarin 400.000 woorden op 45.805 bladzijden. Het samenstellen van het woordenboek was dan ook een werk van zeer lange adem; het duurde meer dan 140 jaar.
Op het eerste Taal- en Letterkundige Congres in 1849 in Gent lanceerde men de plannen voor een algemeen, omschrijvend woordenboek van het Nederlands. Het was uiteindelijk Matthias De Vries die samen met enkele andere redactieleden (o.a. Te Winkel) het monumentale werk aanvatte. De Vries’ plan was nooit om een historisch, maar wel om een hedendaags 19de-eeuws woordenboek te maken, met een terugblik tot 1580. Achter de lemma’s gingen wel taalvoorbeelden schuil van klassieke schrijvers en dichters uit de Gouden Eeuw, maar die dienden vooral om toenmalige taalgebruikers de schatten en rijkdom van hun taal te tonen. De latere redacteurs beslisten echter om er een beschrijvend historisch woordenboek van te maken. Doel was nu om de geschiedenis van de woorden, hun betekenissen en hun gebruik objectief te beschrijven en te verklaren hoe de taal zich in de loop der tijd had ontwikkeld. Het beginpunt werd bij 1500 gelegd, een eindpunt was er aanvankelijk niet. Men beschreef dus zowel woorden uit het verleden als de eigentijdse taal, waardoor de bewerkingstijd van het woordenboek steeds groeide en het eindpunt van het werk nooit helemaal in zicht kwam. In 1976 besliste de vierde redactie van het WNT om de eindgrens voor de woordenschat op 1921 te leggen en dus geen nieuwe woorden meer op te nemen.
Zo kon in 1998 de laatste aflevering van het woordenboek (zuid-zythum) verschijnen en was het WNT niet langer tegelijkertijd een historisch én een eigentijds woordenboek, maar een zuiver historisch woordenboek met 1921 als eindgrens. De volledige verzameling van zo’n 350.000 à 400.000 trefwoorden is ondertussen gedigitaliseerd en online beschikbaar gemaakt op de Geïntegreerde Taalbank van het Instituut voor Nederlandse
Lexicologie (INL), dat vanaf 1967 het project onder haar vleugels nam.
Inhoud
Het WNT is een woordenboek van de algemene taal. Het beschrijft de betekenis en geschiedenis van duizenden woorden uit het geschreven Nederlands van 1500 tot 1921/1976. Naast die algemene woordenschat zijn ook een aantal woorden opgenomen die in algemene hedendaagse woordenboeken niet te vinden zijn.
In het WNT staan ook verouderde woorden. Een historisch woordenboek moet immers laten zien hoe en wanneer woorden voor het eerst in onze taal opkwamen, welke betekenis of betekenissen zij oorspronkelijk hadden, welke andere betekenissen zich daaruit ontwikkeld hebben, welke verloren gingen en welke bleven.
Daarnaast toont een historisch woordenboek waar de opgenomen woorden vandaan komen, waar oude woorden bewaard zijn gebleven, enz. Daarom zijn in het WNT ook veel dialectwoorden opgenomen, niet zelden in de vorm van vaktermen uit de landbouw of een ambacht.
Van meet af aan heeft het WNT aandacht gehad voor vaktermen. Verschillende takken van de nijverheid en velerlei beroepen zijn goed vertegenwoordigd in het woordenboek. Vaktermen uit modernere beroepsvelden zijn dan weer schaars. Een gebrek aan voldoende en genoeg gevarieerde bronnen en de beslissing in 1976 om geen materiaal meer op te nemen na 1921, hebben ervoor gezorgd dat het WNT meer het woordenboek is van de kaarsenmaker dan dat van de computerspecialist.
Volgens De Vries hoorden ook eigennamen van personen en plaatsen thuis in het WNT, als zij een bestanddeel van de taal waren geworden. Daarmee bedoelde hij: als ze voorkwamen in uitdrukkingen of spreekwoorden of als ze werden gebruikt om bepaalde eigenschappen aan te duiden. De latere redacties volgden De Vries hierin, waardoor men vandaag in het woordenboek ook artikelen voor persoons- en plaatsnamen aantreft zoals Hein, Kees, Keulen, Utrecht, enz.
De Geïntegreerde Taalbank
Het WNT is online raadpleegbaar op de Geïntegreerde Taalbank, een product van het Instituut voor Nederlandse Lexicologie (INL). Op de Taalbank kan je het WNT doorzoeken, samen met nog enkele andere woordenboeken:
- Het Middelnederlands Woordenboek (MNW): woordenboek van het Nederlands dat in de dertiende tot zestiende eeuw werd gesproken.
- Het Vroegmiddelnederlands Woordenboek (VMNW): periodewoordenboek van het Nederlands van 1200 t/m 1300.
- Het Oudnederlands Woordenboek (ONW): wetenschappelijk woordenboek, voornamelijk bedoeld voor onderzoekers op het gebied van de historische taalkunde van het oudste Nederlands.
- Het Woordenboek der Friese Taal (WFT): woordenboek voor het (vooral geschreven) Nieuwfries uit de Nederlandse provincie Friesland van 1800 t/m 1975.
Meer weten?
- Moerdijk, A. (1994). Handleiding bij het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT), ‘s-Gravenhage: Sdu Uitgeverij, 1-21. (bron tekst)